Dyslexie betekent letterlijk: beperkt lezen. Mensen met dyslexie hebben moeite met lezen en schrijven. Er zijn verschillende vormen van dyslexie. Dyslectici kunnen bijvoorbeeld moeite hebben met het verbinden van een letter met een klank, met de volgorde van klanken in een woord of het verschil tussen klanken die hetzelfde klinken. Soms draaien ze letters om in een woord. Dyslexie is erfelijk en komt vaker voor bij jongens dan bij meisjes. Blinden kunnen ook dyslectisch zijn; zij lezen braille verkeerd. Bij dyslexie gaat er iets mis in de hersenen tijdens het lezen of schrijven. Maar verder functioneren de hersenen van een dyslect prima.
Dyslexie leidt vaak tot problemen waar taal een rol speelt, zoals het onthouden van instructies en het leren van losse feiten. Bij Ernstige Enkelvoudige Dyslexie (EED) is de ernst te groot om van dyslexie te spreken. Er zijn verschillende gradaties in het gebied. Resultaten op gebied van spelling en lezen zijn structureel onder de maat. Naast de ernst moet ook onderzocht worden of er bijkomende stoornissen zijn die een belemmering vormen voor lezen. Een EED-instituut kan hierbij ondersteunen, ook voor de behandeling.